IN DE VAL
De tranen prikten in
haar ogen, terwijl Aniek om zich heen keek. Ze zat in de kelder van het gebouw
in een oud, muffig kantoor. Als ze door het smalle raampje naar buiten keek,
zag ze af en toe benen voorbij wandelen. Meer niet. Alles wat ze strikt genomen
nodig had voor haar werk, bevond zich in deze ruimte: een bureau en een
bureaustoel, een computer, schrijfmateriaal en in de hoek stond zelfs een
apparaat om koud water te tappen.
Hier moest ze van
haar baas nu al bijna drie weken in haar eentje zitten. Zogenaamd omdat ze met
haar gehoorproblemen last had van het geroezemoes in de kantoortuin. Maar ze
had dat zelf nooit aangegeven en in die weken had ze nauwelijks een collega
gezien. Het dichtstbijzijnde toilet was op de verdieping boven haar. Dat was,
de trap meegeteld, ongeveer honderd meter lopen, de lengte van een voetbalveld.
Daar was ook de personeelskantine, maar daar ging sinds enige tijd iedereen met
zijn rug naar haar toe zitten. Als ze niet om werk ging vragen, had ze niets te
doen en het leek wel alsof de cases die ze moest doornemen, steeds meer op
elkaar gingen lijken.
Vertederd keek ze
naar de foto die ze op haar bureau had gezet. Haar beide kinderen lachten haar
stralend toe. Micky van drie met zijn babyzusje dat tegen hem aan zat geleund.
Voor hun moest ze dit volhouden. Ze vermande zich, trok het dossier waar ze mee
bezig was, naar zich toe en ging zuchtend verder met het oersaaie werk. Af en
toe ging ze staan om zich even uit te rekken. Ze kon zich geen rugklachten
permitteren.
Aan het eind van de middag liep ze met de kinderwagen door de stad. De baby lag vredig te slapen, Micky, de driejarige kleuter hield haar hand stevig vast. Ineens zag ze Marga, haar collega aan de overkant van de straat. Ze besloot naar haar toe te lopen om te vragen, waarom ze de laatste tijd zo raar tegen haar deed. Vroeger gingen ze regelmatig bij elkaar op bezoek en ze waren zelfs wel eens samen op vakantie geweest. De laatste weken meed Marga haar als de pest, terwijl ze echt niet wist wat ze verkeerd had gedaan.
Toen Marga haar zag,
trok ze haar met kinderwagen en al het overdekte winkelcentrum in. Ze keek om
zich heen of niemand hun had gezien. Van de slapende baby in de kinderwagen
keek ze verdrietig naar Aniek, die met een frons in haar voorhoofd naast haar
stond. Marga deed toch wel heel erg maf! “Ik mag van de baas niet meer met je
praten,“ zei ze, terwijl ze om zich heen bleef kijken. “Hij is bang, dat je
binnenkort weer in verwachting bent en op zwangerschapsverlof gaat. Hij vindt,
dat je het bedrijf daarmee tekort doet.”
Aniek wist niet wat
ze hoorde. Zwangerschapsverlof is een recht voor elke vrouw en ze had tijdens
het laatste verlof thuis zelfs in het begin nog dossiers doorgenomen. “Ja, dat
weet hij ook wel, maar toch wil hij blijkbaar van je af…” “En de anderen dan?”
vroeg Aniek, “jij bent niet de enige die met een boog om me heen loopt.” “We
mogen allemaal niet meer met je praten,” antwoordde Marga, “maar dat heb je
niet van mij. Ik heb mijn baan veel te hard nodig om stampij met hem te
riskeren.”
Aniek wist dat ze
gelijk had. Marga was directiesecretaresse, al jaren gescheiden, haar twee
pubers woonden bij haar en ze was verwikkeld in een slepend conflict over de
alimentatie met haar ex. Terneergeslagen liep ze verder. Ze kon tenminste blij
zijn, dat Marga haar in vertrouwen had genomen en dat er niets was wat ze haar
persoonlijk kwalijk nam. De vader van haar kinderen was er al enige tijd
vandoor: weinig kans dat ze opnieuw zwanger zou raken…
Thuisgekomen voedde
ze de baby, legde haar in haar wiegje en nadat ze met Micky gegeten had en hij
voor de televisie was beland, opende ze haar computer om op zoek te gaan naar
vacatures.
Een niet zo bekend fenomeen dat een belangrijke rol kan spelen bij werkstress, heet ‘straining’. Daarover gaat bovenstaand verhaal. Een werkgever wil van een werknemer af, maar kan dat niet op een legale manier voor elkaar krijgen. Daarom plaatst hij de werknemer in een onverdraaglijke positie in de hoop dat deze zelf tenslotte zijn biezen pakt. Hij wordt geïsoleerd van de collega’s, krijgt geen, te veel, te weinig, te saaie, te makkelijke of juist te moeilijke opdrachten, krijgt geen werkmateriaal etc. Maar als zo’n werknemer in zo’n situatie niet snel genoeg kiest voor zichzelf of niet in de gelegenheid is om dat te doen, kan een burn-out of bore-out het gevolg zijn.
De Duitse professor, Harald Ege, die in Italië werkt aan de universiteit van Modena, schreef een boek over dit fenomeen.* In Duitsland en Italië kun je tegen een werkgever die dit soort dingen doet, een aanklacht indienen. In Nederland zijn we – voor zover ik weet – nog niet zo ver. Dat een en ander moeilijk te bewijzen valt, is waarschijnlijk een belangrijke reden. Zo’n proces is natuurlijk ook erg belastend voor de bewuste persoon, zeker als zijn lichaam en geest uitgeput zijn tijdens een burn- of bore-out. Dan ligt kiezen voor een minder energievretende reactie voor de hand.
Geen idee hoe vaak het voorkomt, maar dat het ook in Nederland gebeurt, maakte een aantal interviews die ik hield voor mijn laatste boek me duidelijk.
* Straining: Eine subtile Art von Mobbing, 2014
Geen opmerkingen:
Een reactie posten