SJOEMELEND DE WERKDAG DOOR
Als de eerste collega’s rond half negen binnendruppelen, is Bart al twintig minuten op zijn post. Hij zit ingespannen naar zijn computerscherm te turen, alsof er wat belangrijks te zien is. In werkelijkheid bekijkt hij de site van zijn favoriete reisbureau. Over drie maanden heeft hij vakantie en het is de hoogste tijd om daar afspraken voor te maken. Sri-Lanka, dat lijkt hem wel wat. Hij neemt zich voor zo’n optocht met versierde en verlichte olifanten te gaan bekijken. Een perahera, zoals zo’n stoet blijkbaar heet. Langzaam dwalen zijn gedachten af richting Azië.
Toch begint hij op de toetsen te meppen, alsof zijn leven ervan afhangt. Als de stem van zijn baas uit zijn gehoor verdwenen is, gaat hij weer terug naar Sri Lanka. Zo’n theeplantage tegen de heuvels lijkt hem ook wel een bezoekje waard.
Als zijn collega naar een vergadering in de ruimte ernaast vertrokken is, vult hij op zijn gemak het boekingsformulier in. Zijn vrouw – die hij even belt – vindt Sri Lanka een prima idee. Hij noteert de paspoortnummers en het polisnummer van hun verzekering. De gegevens van zijn oudste zoon geeft hij door voor het geval hun iets overkomt. Wat zou hem kunnen overkomen in dat land? Een ongeluk? Zoveel verkeer is er niet volgens hem. Misschien zijn er in het ziekenhuis wel leuke verpleegsters. Hij stelt zich voor dat hij daar ligt naast een raam met uitzicht op de bergen. Prima toch! Alles is beter dan weer terug moeten keren naar dit kantoor waar de verveling langs de muren druipt.
Zijn baas belt om een vergadering af te spreken. “Moet Pieter daar ook bij zijn?” vraagt hij. “Ja, natuurlijk, wat dacht jij?” Hij zoekt lang in zijn lege agenda naar een geschikt moment. Ineens bedenkt hij dat Pieter dinsdag op werkbezoek is. “Dinsdagmorgen van 10.30 tot 12.00 uur kan ik wel.” “Oké, dan doen we dat, waarschuw jij Pieter even?” “Zeker”, antwoordt hij afgemeten, “ik stuur de agenda wel door.” Om vervolgens weer te vertrekken naar zijn gedroomde vakantiebestemming met de opgetuigde olifanten en de thee…
Na de lunch loopt hij naar buiten om een wandeling te maken in het park vlak bij zijn kantoor. Op een bankje leest hij de krant en anderhalf uur later gaat hij op zijn gemak weer terug. Hij kijkt nog even naar het projectvoorstel, maar heeft echt geen zin om daar nog veel werk van te maken.
Rond half vijf vouwt hij zijn krant in zijn oversized aktetas. Verjaardagscadeautje van zijn vrouw, die zijn oude tas te klein vond voor al die stukken van kantoor waarvan hij beweerde dat hij ze in de weekends door moest nemen. Ja, ook zij is ervan overtuigd, dat hij zich uit de naad moet werken op dat kantoor. Behalve de krant, een paraplu en zijn broodtrommel zit echter niets in die tas.
Als bijna laatste verlaat hij het pand na de conciërge een prettige avond gewenst te hebben. Terwijl hij naar de metro wandelt, vertoeft hij alweer in Aziatische sferen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten